Deze 6 op kentekenbewijs is dit het aantal zitplaatsen (inclusief bestuurder) voorzien van gordels ?
Of zijn dit het aantal gordels aanwezig in het woongedeelte ?
Indien dit het aantal gordels is dat aanwezig is, dan lijkt het mij slechts een kwestie van op een goedgekeurde zitplaats een gordel erbij te (laten) maken en bij het RDW het aantal zitplaatsen op kenteken te verhogen naar 7.
hieronder een stukje wetgeving ;
Vanaf 1 mei 2008 (5 jaar na publicatie van de Richtlijn) zal het niet langer zijn toegestaan dat er meer passagiers worden vervoerd dan er gordels in de auto zijn! Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, Artikel 59b.
Voor zitplaatsen die in de lengterichting zijn aangebracht zijn geen eisen gesteld ten aanzien van gordels, omdat zij niet goed zijn te beveiligen. Daarom zullen dergelijke zitplaatsen - voor zover bestemd om tijdens het rijden te worden gebruikt - niet meer aanwezig mogen zijn in kampeerauto’s in gebruik genomen na 19 oktober 2008.
Aan welke eisen dien je te voldoen, indien je als bestuurder van een camper, passagiers wilt vervoeren?
Om op deze vraag antwoordt te kunnen geven, is art. 15 lid 1 b.c.d Reglement Rijbewijzen van belang.
NOTE: Onderstaand tekst is gebaseerd op de Nederlandse wetgeving. Wetgevingen binnen Europa zijn nog lang niet gelijk.
tot en met 3500 kg
Een rijbewijs B is voldoende, indien de maximum toegestane massa van de camper niet meer bedraagt dan 3500 kg en deze niet is ingericht voor het vervoer van meer dan 8 personen, de bestuurder daaronder niet begrepen.
Hoeveel personen daadwerkelijk worden gevoerd is niet van belang. Het criterium is de inrichting van het voertuig!
Voorbeeld: Worden er met dat voertuig 10 of meer personen vervoerd, dan is de bestuurder niet in overtreding, immers het gaat om de inrichting.
Rijbewijs D is vereist voor het besturen van motorrijtuigen ingericht voor het vervoer van meer dan 8 personen, de bestuurder daaronder niet begrepen (zoals bij touringcars, lijnbussen etc.).
Stel dat de chauffeur van een touringcar - ingericht voor het vervoer van 40 personen - slechts 3 passagiers vervoert, dan dient de bestuurder over een rijbewijs D beschikken. Het criterium is immers de inrichting van het voertuig.
boven de 3500 kg
Betreft het echter een camper, waarvan de toegestane maximum massa meer bedraagt dan 3500 kg, dan is een rijbewijs C vereist.
Een dergelijk voertuig kan tevens ingericht zijn voor personenvervoer. Denk hierbij aan bijvoorbeeld: een verhuiswagen met een dubbele cabine, een brandweerauto met een dubbele cabine etc.
De bestuurder van laatst genoemde voertuigen dient over een rijbewijs C te beschikken indien het voertuig is ingericht voor het vervoer van niet meer dan 8 personen, de bestuurder daaronder niet begrepen.
Is een dergelijk voertuig ingericht voor het vervoer van 10 of meer personen, dan is een rijbewijs D vereist. Het aantal daadwerkelijk vervoerde personen doet ook hier niet terzake.
Laadruimte voertuig
Voorheen was in de Wet Autovervoergoederen (oud) een artikel opgenomen dat het verboden was personen te vervoeren in de laadruimte van een vrachtauto, als die personen zich daar bevonden, anders dan ter directe verzorging van de lading (bijv. een melkrijder ). Bij de invoering van de Wet goederenvervoer over de weg (WGW) heeft de wetgever verzuimd een dergelijk artikel in de wet op te nemen.
De huidige Reglement verkeersregels en verkeerstekens (RVV-90) kent geen regeling betreffende zitplaatsen.
Kortom: De huidige vervoerswetgeving voorziet niet in een verbodsbepaling betreffende het vervoer van personen in de laadruimte van een voertuig. Ook het gestelde in art. 59 RVV-90, biedt geen soulaas. Immers, hierin wordt slechts het verplichte gebruik van de beschikbare autogordel verwoord. Ook het Voertuigreglement zelf, geeft geen regels betreffende autogordels in laadruimten.
Art. 5 Wegenverkeerswet
Het is een ieder verboden zich zodanig te gedragen dat gevaar op de weg wordt veroorzaakt of kan worden veroorzaakt of dat het verkeer op de weg wordt gehinderd of kan worden gehinderd. Bij onverantwoord gedrag kan er op grond van dit art. worden opgetreden.